Oké, dit wil ik eigenlijk helemaal niet toegeven. Laat staan erover schrijven. In de afgelopen jaren heb ik een arsenaal aan foute koosnaampjes opgebouwd die ik te pas en te onpas richting mijn katten slinger.

Met fout bedoel ik ook echt fout. Mijn katten hebben gewoon namen. Storm en Tony, kort maar krachtig. Maar als ik terugkom van een lange dag en ze door hun vacht strijk, dan lijk ik dat even te vergeten. Ik begroet ze meestal met ‘hee liefie’. Ik wou dat ik het daarbij kon laten. Maar nee…

Verbasteringen van poes

Een simpel ‘poes’ of ‘poespoes’ doet het blijkbaar niet voor me. Nee, het moet langer, méér! Ik betrap mezelf op ‘poetiepoespoes’ en ‘poekiedepoes’. Of ik noem mijn grijsgestreepte gezelschap ‘mijn lieve poeskies’. Kroelpoes, knuffelpoes, kattiepoes…

Ook koosnaampjes afgeleid van ‘kat’ doen het goed. Van ‘katkat’ tot ‘sjatziekatzie’ (ja echt, sinds ik regelmatig in Duitsland kom, is er geen houden meer aan). Zelfs ‘schattekattepatat’ wil ik er regelmatig nog weleens uitflappen. Niemand vertellen.

Lekkere theemuts vamme

Dacht je dat dat het was, dan zou je de rest eens moeten horen. Tussen ‘lekkere’ en ‘van me’ kun je heel veel zetten. Theemuts bijvoorbeeld. Maar ook vlooienbunker, pluizebol, kroelieboelie…

Daarnaast heb ik een niet te bedwingen neiging om te beschrijven wat mijn kat aan het doen is. Meestal in de vorm van een retorische vraag. ‘Wat zit je daar lekker hè?’, ‘Ach, moet je nou zo spinnen?’, ‘Slaap jij nou opeens bovenop op de kast?’, ‘Miauw, wil je eten?’.

Het houdt maar niet op. Rolliebolliebollie. Moetzie. Knuffelfluffypoeziepetoes. Ik kan toch niet de enige zijn? Hoe noem jij je katten stiekem? Biecht op!


Dit artikel is 3.806 keer gelezen | Geschreven door