De winter kent met haar donkere dagen en lage temperaturen enkele gevaren voor je kat. Met deze zeven tips help jij je kat veilig de winter door.
De meeste katten houden niet van kou. Grote kans dat je kat in de winter veelal in huis een lekker warm plekje opzoekt. Gaat jouw kat – al is het maar heel even – toch naar buiten? Heb je een kitten of oudere kat in huis? Gebruik je antivries en/of strooizout? Lees dan zeker verder!
Tip 1: Doe je kat een reflecterend halsbandje met veiligheidssluiting om
In de winter zijn de dagen kort. Daarmee is je kat – zeker als hij een donker gekleurde vacht heeft – een groot deel van de dag slecht zichtbaar. Helemaal als het niet alleen donker is, maar ook nog eens regent of sneeuwt. Gaat je kat naar buiten, geef hem dan een reflecterend halsbandje om. Dat maakt de kans dat een automobilist je kat niet ziet een stuk kleiner. Kies daarbij wel voor een bandje met veiligheidssluiting dat openschiet als er druk op komt te staan. Zo voorkom je dat je kat gewond raakt of zichzelf ophangt als hij met zijn bandje ergens achter blijft hangen.
Tip 2: Pas op met strooizout en vooral met antivries!
Bij kans op gladheid door bevriezing wordt er volop gestrooid. Ook de flessen antivries komen dan weer tevoorschijn. Gaat je kat in zo’n periode naar buiten? Dan is het verstandig zijn pootjes en buik meteen als hij binnenkomt af te spoelen of af te nemen met een goed vochtige doek. Zo verwijder je het eventueel op de vacht of pootjes aanwezige strooizout of antivries en voorkom je dat hij dit oplikt tijdens een wasbeurt. Laat je kat pas weer naar buiten als zijn vacht helemaal opgedroogd is. Onder tip 4 lees je waarom.
Wees zelf heel voorzichtig met antivries! Zorg dat je niet morst als je de ruitensproeier van je auto bijvult met antivries. Gebeurt dit wel, maak het goed schoon. En was je handen altijd zorgvuldig als je met antivries in de weer bent geweest. Want zelfs het kleinste drupje van dat spul kan al fataal zijn voor je kat.
Tip 3: Kat onder de motorkap of op één van de banden?
Is het buiten koud, dan is een warmgedraaide motor een aantrekkelijk plekje voor je kat. Het gebeurt maar al te vaak dat er na kilometers rijden plotseling een kat onder een motorkap vandaan komt. Volledig in paniek wegrennend in een omgeving die hij niet kent. Probeer die dan nog maar eens terug te vinden! Is het buiten koud, klop voor je de auto start een paar keer op de motorkap. Wacht nog even om je kat de kans te geven er onder vandaan te komen. Behalve onder de motorkap, zoeken katten soms ook beschutting bovenop één van de banden. Loop eerst even een rondje om je auto om dit te checken, dan rij je daarna met een gerust hart weg.
Tip 4: Laat je kat niet naar buiten met een natte vacht
Komt je kat binnen met een natte vacht of heb je (zie tip 4) zijn pootjes en buik net schoongemaakt? Laat je kat pas weer naar buiten als zijn vacht helemaal opgedroogd is. Een natte vacht isoleert namelijk niet en dus is je kat niet beschermd tegen de kou. Bij een droge vacht zorgt de lucht tussen de haren voor isolatie. Bij een natte vacht liggen de haren plat tegen het lijfje van je kat aan: er zit geen lucht meer tussen. Gaat je kat zo naar buiten, dan komt de koude buitenlucht direct in aanraking met zijn huid. Die koelt daardoor heel snel af. Het kost je kat heel veel energie om zijn lichaamstemperatuur op peil te houden. Je kat raakt uiteindelijk uitgeput en onderkoeld met alle gevolgen van dien.
Tip 5: Laat je kat niet de hele dag buiten als het koud en nat is
Is het buiten koud en nat, laat je kat dan niet de hele dag buiten. Zorg ervoor dat je kat altijd naar binnen kan of op zijn minst een warme, droge en beschutte plek kan opzoeken. Ook al is zijn vacht nog zo dik: een kat met een natte vacht hoort niet buiten in de kou te zijn (zie tip 4). Wordt je kat voor langere tijd blootgesteld aan vrieskou en nattigheid, dan is onderkoeling een niet te onderschatten gevaar.
Vergeet ook niet een kattenbak neer te zetten als je je kat vanwege de kou (vaker) binnenhoudt en hij anders altijd buiten zijn behoefte doet. Want vroeg of laat moet hij toch iets kwijt.
Tip 6: Geef je binnenkat een lekker warm mandje op een geschikte plek
Heb je thuis een kitten of een wat oudere kat, kijk dan of zijn favoriete mandje of kussen niet op de tocht of op een te koude ondervloer staat. Soms is het goed dat mandje te verhuizen naar een wat hoger gelegen, maar wel goed bereikbaar plekje. Bereikbaarheid is sowieso een puntje van aandacht, want koud weer maakt de gewrichten van je oudere kat mogelijk wat stijf. Zie je dat je kat moeite heeft om bij zijn mandje te komen, help hem dan en zorg voor een extra opstapje. Hij zal je dankbaar zijn!
Tip 7: Winterzorg voor je buitenlevende (zwerf)kat
Komt jouw kat niet of nauwelijks binnen of heb je misschien de zorg voor een zwerfkat op je genomen? Dan is deze laatste tip voor jou. Zorg voor een droge, winddichte, veilige schuilplek, het liefst niet direct op de grond geplaatst. Bevroren grond onttrekt namelijk veel warmte. Om het een beetje comfortabel te maken kun je er bijvoorbeeld hooi in doen. Geef je droogvoer dan kan dat in ieder geval niet bevriezen. Zorg ook voor schoon water; met een beetje suiker erdoor bevriest water minder snel. Blijf wel regelmatig controleren of het water niet bevroren is. Het is van levensbelang; met schoon drinkwater binnen bereik voorkom je ook dat je kat alles wat vloeibaar is gaat zien als dorstlesser, antivries bijvoorbeeld. Dat kan natuurlijk nooit de bedoeling zijn!
Mis jij nog een tip waarmee je je kat de winter doorhelpt? Deel hem via een reactie op mijn blog. Dank je wel alvast!