Het zijn niet alleen langharige raskatten die baat hebben bij een kattentrimmer. Ook gewone huis-tuin-en-keukenkatten hebben graag een helpende hand, vooral als ze én zwaarlijvig zijn én in de ruiperiode.
Guus is een gezellige rooie huis-tuin-en-keukenkater die het prima naar zijn zin heeft bij zijn twee baasjes in een ruim huis met dito tuin. Hij houdt van lekker eten, slapen, op de bank hangen of op schoot en verder niet al te veel doen – een echte kat! Jammer genoeg heeft dat bourgondische leven een keerzijde: Guus is, zeg maar, ietwat gezet, ofwel mollig, wat heet: ronduit (!) dik. Bovendien is hij niet echt een poetser, hij houdt zijn vacht maar een beetje bij. Met zijn washandje (pootje) over zijn snoet aaien na het eten, oké, maar verder komt hij nauwelijks. Wassen kost hem natuurlijk ook erg veel moeite en door zijn imposante postuur kan hij ook niet overal meer bij. Dus verkiest meneer het om liever lui dan moe te zijn.
Zijn personeel vindt het prima: ze zijn dol op hem. Ze geven hem alles wat zijn hartje begeert (en soms wat meer!), maar kammen vinden ze lastig. Gelukkig heeft dit personeel ook weer personeel.
Wat een haar!
In het voorjaar breekt de ruiperiode aan. Doordat het langer licht is en doordat het warmer wordt, groeien de kattenharen sneller. Daardoor gaat de cyclus van ‘ontkiemen’, leven, afsterven en loslaten uit de huid sneller dan anders.
Voor veel katten is deze ruitijd geen enkel probleem; ze laten alleen een tijdje wat meer haren op de bank achter. Of ‘stofkonijntjes’ in de hoeken van de kamer. Eigenlijk overal waar mensen ze liever niet hebben. Daardoor hebben vooral baasjes er problemen mee.
Kammen
Het is de tweede keer dat ik bij Guus op bezoek ben. Vorig jaar was ik er ook in het voorjaar.
Ik voel met mijn vingers dat de vacht vol zit met oud haar. Ik kam er eerst met een kam met brede tanden al veel haren uit. Daarna gebruik ik een steeds fijner kammetje. Ik kam de oude, losse haren uit de vacht zonder aan de vaste, jongere haren te trekken. Guus zou dan ook niet zo rustig op de tafel blijven liggen!
Het blijkt uiteindelijk een hele bos te zijn. Guus heeft door zijn omvang een extra grote bontjas aan. Nu is hij deze haren in ieder geval kwijt. Hij lijkt ook wat afgeslankt. In gewicht zal het nauwelijks schelen, maar het oog wil ook wat. En zijn mooie kleur is weer terug. Zie je wel: mooi rood is niet lelijk!